De avond valt in de Bijlmer. Op de achtergrond is de flat Gooioord te zien. Kikkenstein ligt achter mij. De bomen zijn bedekt met het collectieve web van de spinselmot of stippelmot, het werk van duizenden rupsen. De treurwilgen lijken van zilver. Als je niet beter wist, zou je aan een project van de beeldenroute van Open Source kunnen denken. Maar de rupsen ontpoppen zich binnenkort tot vlinders. Dan is de metamorfose voltooid en het web is oud vuil. De motten vliegen uit, paren en gaan dood. Dat paren kan trouwens uren duren. En het vrouwtje paart met meerdere mannetjes om zo het rendement van de paring te verhogen. Berekenende vrouwtjes dus. Volgens Hans Dienske, medewerker van het Zoölogische Museum van de UvA (afdeling Entomologie), vallen ze onder het geslacht Yponomeuta.
De volgende dag neem ik nog een paar foto's: geen kunstenaar kan dit proces nabootsen. De kunstenaar legt het af tegen wat wij natuur noemen. Kunstenaars moeten zich behelpen en daarom leren ze allerlei technieken aan.
Christo pakt dingen in: gebouwen, bruggen, zelfs een park. Maar dat zijn nogal groteske kunstgrepen, letterlijk en figuurlijk. Ook Damien Hirst pakt in: hij conserveert het gedode dier en zet het te kijk. Niet als trofee van de jager maar als kunstenaar die de klus heeft uitbesteed aan anderen. Dat maakt hem moreel gezien laf.
Christo pakt dingen in: gebouwen, bruggen, zelfs een park. Maar dat zijn nogal groteske kunstgrepen, letterlijk en figuurlijk. Ook Damien Hirst pakt in: hij conserveert het gedode dier en zet het te kijk. Niet als trofee van de jager maar als kunstenaar die de klus heeft uitbesteed aan anderen. Dat maakt hem moreel gezien laf.
Een kunstenaar als Audubon (1785-1851) doodde zijn eigen modellen. Hij schoot ze af. En dat deed hij heel zorgvuldig want ze mochten niet echt beschadigd worden. Zijn oogmerk was heel paradoxaal: hij wilde ze vereeuwigen. Hij wilde schoonheid vangen en bewaren. Hij offerde een vogel op om zijn soort te als beeld te bestendigen. Vorig jaar was zijn werk in Teylers Museum in Haarlem te zien.
Tinkebel heeft nog niet zo lang geleden haar eigen kat gedood en van het bontje een tas gemaakt. De publiciteit hieromtrent heeft veel reacties opgeroepen. Het was natuurlijk bedoeld als provocatie en de reacties liegen er niet om.
Eigenaardig toch, dat gebrek aan zelfkennis bij de meeste (jonge) mensen, want ieder mens doodt levende wezens (dieren of planten) of hij besteedt het doden uit. Wij leven nu eenmaal van dieren of planten. Maar een huisdier is nagenoeg heilig. Zelfs een depressief katje. Wat Tinkebel heeft verpakt in dat tasje van haar is naïviteit en hypocrisie. En o wee als je dat tasje opent. Misschien is Pandora wel haar voorbeeld geweest.
Eerlijk gezegd, ik zou het niet kunnen, dat wurgen van een zwak en depressief katje maar het is eerlijker dan een spuitje halen bij de dierenarts.
De zwarte kat heb ik op 27 september 2008 op het Frederiksplein gefotografeerd: op de hoek van Weteringschans en Westeinde. Ik neem aan dat het om een stukje kunstbont ging. Een bijzondere vorm van Street Art dus. Wie de maker is weet ik niet. Er staat geen naam bij.
LinksTinkebel bij Pauw & WittemanAudubon, John James (1785-1851), expositie in HaarlemHeel interessant is de volgende link. In het kort iets over het paringsgedrag van bovengenoemde motten: Paringsstrategieën van stippelmotten (ook van de UvA)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten