woensdag 27 mei 2009

Sub specie aeternitatis

Dit is het project waar ik het in de vorige blog over had. The Bijlmer Spinoza Festival heet het. Dat is een hele mond vol. Ik vermoed dat Spinoza zuiniger was met woorden. Dat hij minder uit was op het effect van zijn teksten en dat hij zich meer richtte op het substantiële karakter van de wereld waarin wij leven en denken (vooral dat laatste).
Woorden vielen voor hem samen met de werkelijkheid, de werkelijkheid van God bijvoorbeeld.
Lees dit maar eens: "Onder God versta ik het volstrekt oneindige zijnde (ens absolute infinitum), dat wil zeggen een substantie, die bestaat uit een oneindig aantal attributen, waarvan ieder voor zich een eeuwig en oneindig wezen uitdrukt."
Zo staat het in de vertaling van Ethica, boek I, def. 6 want Ethica is geschreven in het Latijn, Ook in de zeventiende eeuw was Latijn de voertaal onder intellectuelen. Spinoza was er trouwens op tegen dat zijn Ethica in het Nederlands zou worden vertaald, maar niet om de reden die ik er graag aan zou willen geven: het Latijn van een geleerde als Spinoza is zo gepolijst en zo gecomprimeerd dat een vertaling er afbreuk aan doet. Spinoza was een purist in denken en formuleren. Maar dat blijkt niet de belangrijkste reden: hij was bang dat het boek verboden zou worden, dat het grote weerstand zou oproepen. En dat is na zijn dood ook gebeurd.
Spinoza zocht het ultieme in de taal: hoe ver kan ik gaan in het beschrijven van de werkelijkheid in het aangezicht van de eeuwigheid, als ik logisch nadenk? Zijn taal is logisch, inductief en deductief. Geometrisch zelfs, volgens professor Hubbeling, die ooit een boekje over hem heeft geschreven. Destructief voor alles wat te maken heeft met vrije wil, volgens mij.
Als je alles beredeneert houdt de vrije wil op te bestaan. Eeuwen lang hebben we er ons over gebogen, over dit soort vraagstukken en we zijn er nog steeds niet uit. En ik voorspel dat we er nooit uitkomen, want het is een intellectueel spel.
Toch maar eens een kijkje nemen in de nederzetting van Hirschhorn.

zondag 24 mei 2009

Rood, roder, roodst


Papaver somniferum oftewel slaapbol.
Half in de zon, half in de schaduw.



Pas als ik aan het fotograferen ben, zie ik dat ik niet de enige ben. Een vrouw - zomers gekleed - maakt ook foto's. Ze komt hier elk jaar (net als ik). Vorig jaar was het knudde. Nu staan de klaprozen en de margrieten in bloei. Een lange strook groen tussen scholen, kantoren en bedrijfsgebouwen in de buurt van de H.J.E. Wenckebachweg (Watergraafsmeer).



Het wordt al wat grimmiger. Het rood oogt bleek. Op de stoep van de Spaklerweg: schuin onder het viaduct waar treinen en metro's overheen razen.

Aan de Amstel, vlak bij het Muntplein. Een kakofonie van teksten en beelden, kreten en vragen. De meest in het oog vallende teksten doen denken aan Loesje.

Rechts onderaan, op het affiche met de vraag waarom kannibalisme slecht is, zie ik het logo van AH. Hoezo Albert Heijn? Dit is geen uiting van Albert Heijn staat er in hele kleine lettertjes onder. En een link natuurlijk: http://www.watspinoza.nl/forum/99
Deze link vertelt ons iets over het project MY NAME IS SPINOZA (een ander project is als onderdeel van de beeldenroute in Zuidoost gerealiseerd): http://www.watspinoza.nl/page/119/nl
En al zoekend kom ik op deze link, de meest interessante eigenlijk: http://interactivo.nl/v/allah-heijn.jpg.html

Hier kom ik eigenlijk voor. Gisteren reed ik er langs maar toen had ik geen camera bij me. A als initiaal van de maker.

Waterlooplein in de marge: huisvuil,& graffiti, street art & streetnoise.

Links: Rita Verdonk met haar kruiwagentje.
Rechts: Balkenende - hij is er helemaal klaar voor.

Rita, even iets beter in beeld.

Slasherboy in dreigend, scharlaken rood. Hem heb ik al eens eerder gespot aan het Frederiksplein.

PEET doet vaker mooie dingen. Dit is een hele mooie op een uitgelezen plek. Vrije val. Dit is zijn blog:
http://stencilamsterdam.blogspot.com/2008/06/last-session-with-fake-and-le-peet.html

zondag 17 mei 2009

De Kunst van het Verpakken (1)

Een en al verdediging lijkt het, deze bloem in de knop.
Distel.
Niet minder indrukwekkend maar wel minder bedreigend. Nu in volle bloei: de distel met de knikkende bloem, de knikkende distel: cardus nutans. Langs de Venserkade in Diemen.
Nee, niet de huishoudbeurs maar de bloem. Een veld vol margrieten op de grondig vervuilde Diemerzeedijk. Een stukje natuur als afleidingsmanoeuvre. Of moeten we het verpakkingsmateriaal noemen?
Een spiraalachtige structuur is zichtbaar in het gele hart van de bloem. Volgens mijn kruidengids levert de plant als geheel een gele, bruine of oranje kleurstof op, afhankelijk van de manier waarop de plant wordt bewerkt.
Link: Diemerzeedijk

donderdag 14 mei 2009

Over kunst

Twee voeten maar geen paar. Dat meende ik te zien maar het blijkt niet zo te zijn. Beide voeten zijn delen van hetzelfde lichaam is mij verzekerd. Het voetmodel wenst anoniem te blijven.
Het affiche sluit mooi aan bij wat ik afgelopen dinsdag schreef over de felgekleurde handafdrukken die ik op de bovenste verdieping van de parkeergarage van winkelcentrum Kraaiennest aantrof.

Dit is een tekening van een veelvoud aan voeten. Voeten als symbool voor de massa. De tekening roept op om ook te komen. De tekening is de wens van tekenaar. Dansen doet precies hetzelfde maar dan fysiek. Dansen is bewegen op dezelfde plek. Met een of meerdere partners. Herhaling is de essentie van de dans. Doel is vermeerdering (tot de plek vol is).

Afgelopen week zag ik iets dergelijks gebeuren. Tijdens een inval van de politie in de flat Kikkenstein is een viertal mannen naar beneden gesprongen.
Een ervan overleed niet veel later.
Het gerucht verspreidde zich onwaarschijnlijk snel. Voor de ingang van de bewuste portiek verzamelden zich in de loop van de dag honderden mensen, vooral veel Afrikanen. Ze waren boos, ongerust, bang, woedend en stil omdat ze niet wisten wat er aan de hand was. Wie was er slachtoffer geworden? En waarom?

Het leek op wat zich op deze aquarel afspeelt. Ze vormden een halve kring om de ingang van de portiek en daar bleven ze uren staan: pratend, schreeuwend, huilend, zwijgend.
Ik heb net een documentaire op televisie gezien. Aan het woord was Robert Hughes die ervan uitgaat dat niet liefde voor de kunst hoogtij viert maar dat het domme geld het voor het zeggen heeft. Er wordt voor miljoenen dollars uitgegeven aan schilderijen die niet worden gekocht omdat men van die schilderijen houdt, maar omdat het bezit ervan status verleent aan de koper en vooral omdat de koper hoopt dat een goede belegging is.
Je zou ook van kunst kunnen houden omdat het iets onthult in sterk gecomprimeerde vorm. Het werk van Caren van Herwaarden is hier een voorbeeld van.


Affiche en tekening
typografie, stijl & vormgeving door Bert Jacobs en Jeffrey Croese
link: http://www.openatelierszuidoost.nl/index.html

Aquarellen van Caren van Herwaarden

Jacos Ring II, 2003
Mankind, 2009
link: http://www.arttrack.nl/carenvanherwaarden/
www.studiovandusseldorp.nl

Het
Parool (14 mei 2009)
Oproer in Bijlmer na politieactie

Documentaire
Damien Hirst en de vloek van de Mona Lisa
(Het uur van de wolf, vrijdag 15 mei, 23.00 uur Nederland 2)

dinsdag 12 mei 2009

Elementair

Vandaag kon ik eindelijk eens vanaf de bovenste verdieping van de parkeergarage van winkelcentrum Kraaiennest een foto maken van het basketbalveldje. Dat ik hier kan rondlopen heeft alles te maken met Open Source en de beeldenroute in de Bijlmer die afgelopen zaterdag door koningin Beatrix is geopend. Op deze verdieping bevindt zich namelijk het infocentrum.
Links op de scheidsmuur staat een piece van ASHQ (hij noemt zich ook wel NES), rechts staat er een van MICKEY en in het midden staat een piece van FAITH71.
Deze handafdrukken staan op de betonnen balustrade. Ik zie ze pas als ik op het trappenhuis afloop. Ze zien er tamelijk nieuw uit, de kleuren ogen fris: rood en blauw. Het is een heel elementaire vorm om je aanwezigheid kenbaar te maken: ouder dan graffiti, ouder dan welke erkende kunstvorm dan ook.

maandag 11 mei 2009

Pissende mannen (2)

Vandaag stond er een harde oostenwind en dat was goed te zien. Er vliegt ook een meeuw rechts boven de rode man. Maar dat zag ik pas toen ik thuiskwam.

zaterdag 9 mei 2009

Open Source

Koningin Beatrix zit op een stoel op de eerste rij. Rechts van haar bevindt zich de pers. De pers staat netjes achter een fragiel hekje. De camera's hangen vooral op de buik. Het zijn voornamelijk blanke mannen die hier staan. De meest actieve man is zwart, het lijkt alsof hij op het punt staat om van het podium af te springen.
Ik sta relatief hoog want ik ben op een grijze afvalcontainer geklommen. Het is de plek die mij uit de brand helpt. Want ik ben klein van stuk en ik kom veel te laat aan op de atletiekbaan waar de koningin de officiële opening van Open Source zal verrichten.
Dit is kleine Hugo. Hij voert samen met andere kinderen een toneelstukje op.
Dit ventje komt een paar keer naar me toe. Misschien vraagt hij zich af waarom ik hier als enige op een verhoging sta. Ben ik zo belangrijk? Hier sta ik achter het hek. Tja, denk ik dan, dat schiet niet op. Ik pak m'n fiets en probeer er achter te komen welke route het gezelschap zal nemen. Ik sta op een muurtje zodat ze me niet meer kan ontgaan. Toch neemt ze de andere doorgang.
Ik ren ver voor het gezelschap uit en sta met de rug tegen het Monument - er is maar een monument in de Bijlmer - als koningin Beatrix, Willem Kwekkeboom en Helga Lasschuijt op me afkomen.
Verder naar achteren kan ik niet dus draai ik met ze mee, loop achteruit en begin foto's te schieten. Dichterbij kan ik echt niet komen. Pas als ik op de schouder word getikt houd ik op. Dan blijkt dat ik voor de verzamelde persfotografen ben beland. Achteraf hoor ik dat men mij verschillende keren heeft toegeroepen maar ik heb niets gehoord.
Link
http://www.opensourceamsterdam.nl/

Pissende mannen (1)

De mannen stonden er afgelopen donderdag opeens. In het water onder het viaduct van de Groesbeekdreef. Ik was op weg naar m'n werk en ik kom hier nagenoeg iedere dag langs. Die dag plasten ze niet. Vandaag wel. Kijk maar eens naar de fraaie bogen die creëren. Wie pist het verst? Zou dat de intentie van de kunstenaar zijn? Zoals kleine jongentjes doen.
Maar dit zijn geen jongetjes meer, dit zijn volwassenen mannen en ze vertonen volgens welingelichte bronnen (het Parool) grote gelijkenis met de kunstenaar want hij heeft met zijn eigen lichaam model gestaan voor deze felgekleurde beelden.
Pascale Tayou is de kunstenaar.
Hieronder staan twee links naar de belangrijkste sites.

http://www.opensourceamsterdam.nl/nl/artists/pascale-marthine-tayou
http://www.pascalemarthinetayou.com/

dinsdag 5 mei 2009

Licht als passie

Bloemen zijn heel broos. Ze bewegen op een zuchtje wind. Het is materie, levende materie. Guido Gezelle heeft er gedichten over geschreven. Hij herkende in de schoonheid van de natuur de hand van God, of in ieder geval zijn adem. Pneuma in het Grieks. Ik heb een te decadente geest om er de hand van wie dan ook in te zien. Ik verbaas me slechts over de schoonheid die van heel korte duur is.
Betrapte schoonheid krijgt als foto een kader en dan is de vluchtigheid al lang verdwenen. De geur is weg. De wind is indirect zichtbaar. Wat er aan materie was - bloemblaadjes, stamper, meeldraden - is weg. Het moment bestaat alleen nog maar digitaal. En terwijl ik er opnieuw naar kijk, verwonder ik mij over de vorm. De vorm die elk jaar opnieuw verschijnt: de bloem, of weidser: bloesem.
Dat gele is niet alleen maar het licht van de zon dat net in het hart van de bloem van de oleander valt, de bloembodem zelf is lichtgeel en wordt versterkt door het licht van de zon. De blaadjes zijn wat onscherp, want het woei, niet echt hard maar toch. Het verval dient zich al aan: bruine vlekjes zijn de voorboden.
Nog een dag of twee en dan is de bloem verschrompeld tot een onaanzienlijk iets, een bijna niets.
Ik wacht er nu al op, op de bloei van de oleander. Hij is inmiddels twee jaar ouder en hij staat al weer op het balkon. De bladeren zien er ongezond uit: bedekt met bruine en zwarte vlekjes. Vandaag kwam ik er achter dat ik het vuil kan wegspoelen met water. Even boenen met de zachte zijde van een schuursponsje. Het lijkt op een of andere schimmel.
De foto’s zijn genomen in juli 2007. De laatste foto op de twaalfde. Het had net geregend. De eerste foto twee dagen daarvoor.